Het verhaal van Hans
Hans Vermeulen was 53 jaar toen hij tijdens het boksen een klap op zijn nek kreeg. Het deed wel pijn, maar hij hield er geen last van. Tot hij een paar dagen later wakker werd met een afschuwelijke hoofdpijn en hij zijn arm niet meer kon gebruiken. Zijn vrouw sloeg alarm en een CT scan wees uit: een herseninfarct.
Een beetje afstand, graag.
Hans werd geopereerd en daarna werd hij opgenomen bij Rijndam. Tijdens zijn revalidatie kreeg hij voorzichtige signalen van zijn behandelaren: ‘we worden er wat ongemakkelijk van als je zo dichtbij komt staan’. Het belletje ging rinkelen dat Hans wellicht niet goed meer zag. Er kwam een arts uit het oogziekenhuis en inderdaad: een bril was hard nodig. Omdat zijn oogzenuw beschadigd is, wordt zijn zicht nooit meer 100%, maar ongepast dichtbij komen is er nu niet meer bij.
Alles terug naar vanouds. Of toch niet?
Hans was er erg op gebrand dat alles weer normaal moest worden. Hij wilde terug naar hoe het was, helemaal de oude worden. Maar zo liep het niet. Hans had een goede baan bij Redband Venco, maar hij werkte bij terugkomst te langzaam. Hij kreeg alle medewerking vanuit de personeelsafdeling en een externe partij werd ingezet om onderzoek te doen naar zijn capaciteiten. Hij werd volledig afgekeurd. Een enorme klap, maar het was ook fijn dat hij niet meer op zijn tenen hoefde te lopen.
Arbeidsongeschikt of niet: hij bleef ondernemend als altijd en zijn ietwat naïeve inborst komt hem nu goed uit: hij ziet nog altijd overal mogelijkheden. Hij werkt nu vrijwillig als adviseur bij de brandweer, het geeft hem regelmaat in zijn week. En daarnaast wil hij jonge vrouwen in India betere kansen geven in het leven, net zoveel kansen als zijn dochters hebben gekregen. Hij draagt bij aan de kansen van vrouwen in India door vrijwilligerswerk te doen voor Women on Wings in India. In november is hij er nog heen gevlogen.
Je praat alleen nog over jezelf, Hans.
Ook privé had zijn hersenletsel zijn weerslag. Zijn vrouw en hij moesten elkaar opnieuw uitvinden. Gelukkig zijn ze altijd open naar elkaar gebleven. En hij is ook dankbaar voor een dappere vriend, die durfde te benoemen: ‘Hans, je praat alleen nog maar over jezelf’. Het opende hem zijn ogen, hij kreeg weer veel meer aandacht voor de mensen om zich heen. Een kroon op zijn inspanningen om een betere versie van zichzelf te worden betalen zich terug. Een van zijn dochters benoemde pas “Pap, je bent er weer. Wat je zegt slaat weer ergens op’.
Goed is goed genoeg
En nu? Hij is tevreden. Na een proces van 4 jaar is goed, goed genoeg, dat heeft hij geleerd. Hij leeft weer gewoon, ziet zichzelf niet meer alleen als patiënt. Hij geniet weer meer van alles wat er nog wel is en wat nog wel kan. Hij volgt trouw zijn leefregels; zo gaat hij altijd na de lunch een uurtje liggen met een boek. Zijn energieniveau blijft laag, maar het is te doen. Hij heeft veel gehad aan het traject bij Rijndam, vooral ook aan de gesprekken met de ergotherapeut Nadine tijdens zijn tijd in de kliniek. Na zijn opname revalideerde hij nog poliklinisch bij onze locatie naast het Albert Schweitzer ziekenhuis en had hij vooral veel aan psycholoog Marjoke. Het managen van zijn energie is het belangrijkste wat hij bij Rijndam leerde.