De training start enkele keren per jaar, afhankelijk van het aantal aanmeldingen. Op basis van de behoeften op sociaal emotioneel gebied en het IQ wordt de samenstelling van de groepen bepaald.
Spelenderwijs maken we kinderen bewust van hun eigen gedachten, gevoelens en het gedrag wat ze hierbij laten zien. Vervolgens bespreken we hoe dit gedrag overkomt op anderen. Deze aanpak komt vanuit de cognitieve gedragstherapie (CGT).
Een groep bestaat uit zes tot acht kinderen en wordt begeleid door twee therapeuten. Elke bijeenkomst heeft dezelfde structuur, maar behandelt een ander thema. Op basis van de behoefte van de groep wordt een keuze gemaakt uit onderstaande thema’s:
- Complimenten geven/ontvangen
- Gevoelens herkennen bij jezelf en bij de ander
- Luisteren
- Non verbaal gedrag
- Praten over je handicap
- Wat zeg je bij de arts?
- Omgaan met kritiek
- Pesten
- Voor jezelf opkomen
Deze thema’s worden behandeld aan de hand van rollenspelen en spelletjes. Met elkaar worden de rollenspellen geëvalueerd. Aan het einde worden de huiswerkopdrachten meegegeven. Belangrijk is dat deze opdrachten thuis goed geoefend worden. De eerstvolgende bijeenkomst worden de huiswerkopdrachten doorgenomen.
Rol van ouders
Jou rol als ouder is binnen de training van groot belang. Naast het oefenen van het huiswerk is een ouderbijeenkomst onderdeel van de training. Tijdens deze bijeenkomst bespreken we de ontwikkelingen en nemen wij je mee in onze aanpak. Dit, zodat je ook na de training je kind kan ondersteunen bij het toepassen van de dingen die hij of zij geleerd heeft.
Ook wordt er halverwege en voor de laatste bijeenkomst (telefonisch) contact met je opgenomen. Dit om na te gaan hoe het met je kind gaat en of er nog zaken zijn waar extra aandacht voor nodig is.
Na de laatste bijeenkomst is er een eindgesprek met jou, waarvan je ook een schriftelijk verslag krijgt.